Als het gaat over studeren en de grote verschillen met het scholierenleven, dan hebben we het eigenlijk vooral over op kamers gaan, studentenverenigingen en feesten. Maar hoe zit het met de échte verschillen tussen het scholieren- en studentenleven? Dat verschilt natuurlijk enorm per instelling en is ook afhankelijk van hoe jouw middelbare school het aanpakte. Toch zijn er wel voor iedereen een paar dingen om rekening mee te houden.
Op het hbo hoef je niet altijd een tentamen te maken: soms is de toetsvorm een opdrachtendossier, paper of verslag. Daarbij besteed je veel aandacht aan bronnenonderzoek en academische schrijfvaardigheid. Voor een tentamen moet je vaak een grote hoeveelheid stof – soms twee complete studieboeken – bestuderen. Sommige vakken rond je af met een tentamen én opdrachten. Tentamen niet gehaald en wil je weten waarom? Dan kun je je, net als op de middelbare school, aanmelden voor een inzagemoment.
In het hoger onderwijs verzamel je per vak studiepunten: één punt staat gelijk aan 28 studie-uren. Daar horen de colleges bij, maar ook de tijd die je besteedt aan tentamenvoorbereiding en opdrachten. Hoe meer punten je met een vak kunt verdienen, hoe hoger je de studielast moet inschatten. De punten krijg je als je aan alle eisen van een vak hebt voldaan: de hoogte van je cijfer maakt dan niet uit, als je maar een voldoende hebt gehaald. Ook kun je meestal niet compenseren: als je wel het verslag hebt gehaald, maar niet het tentamen, dan moet je deze laatste vaak toch herkansen.
Op het hbo en de universiteit duren lessen vaak twee tot drie uur. Bij hoorcolleges, vaak in grote collegezalen met soms wel honderden studenten, krijg je alleen maar theorie en is er weinig interactie tussen de docent en studenten. Tijdens werkcolleges maak je je de theorie eigen door te werken aan opdrachten, soms onder begeleiding van de docent en soms met een projectgroep. Op het hbo werk je ook veel aan competenties, die je bijvoorbeeld oefent door samen met medestudenten presentaties te geven of onderzoek te doen. Op de universiteit heb je bij de grote studies vaak geen eigen klas, wat op het hbo meestal wel het geval is.
Op de middelbare school moest je je docenten nog aanspreken met u en meneer of mevrouw, maar op het hbo mag je meestal de voornaam gebruiken: soms zijn docenten namelijk niet eens veel ouder dan jij. De verschillen tussen jou en je medestudenten zijn vaak des te groter: het kan zomaar zijn dat je in de klas zit met iemand uit de andere kant van het land, die ook nog eens vijftien jaar ouder is. Op de universiteit is er vaak meer afstand tussen studenten en docenten, zeker bij grotere studies. Daar is de sfeer formeler en noem je een docent meestal professor, meneer of mevrouw.
Neem contact op via het contactformulier
of bel ons op 088 – 3926353.
